Bedankt voor het waken

Ik liep de wachtruimte binnen en zag haar zitten. Bijna meteen. Ze zat naast Viel op de bank. Eerst groette ik Viel en Joyce. Daarna de andere familieleden en vrienden die naar de crematieplechtigheid van tante Yola waren gekomen. Althans degenen die in dezelfde wachtruimte zaten. Rechts.

Hitty, Ish, Ralf en ik werden namelijk naar de rechter wachtruimte verwezen. Wisten wij veel dat de directe familie van tante in de linker wachtruimte kon plaatsnemen. Maar, rechts was ook goed.

Ik moest eerst de aanwezige familieleden en vrienden begroeten. Zij zaten ook rechts en ik weet niet waarom. Ja, eigenlijk weet ik het wel. Als we niet rechts maar links hadden gezeten zat er in de rechter wachtruimte nog maar één persoon. Die slanke blonde vrouw, met die mooie ‘zachte’ ogen.

Nadat ik alle familieleden en kennissen had gegroet, ging ik haar groeten. Ze stond op en gaf me een hand. “Hallo,” zei ze. “Gecondoleerd.”

“Jij ook gecondoleerd,” zei ik. “Wat lief dat je hier bent.”

“Dank je,” zei ze. “Ik wilde hier graag zijn. Ik heb zes jaar voor haar gezorgd en ik wil dat op een goede manier afsluiten. Ik wil ook graag afscheid van haar nemen.”

Ik denk dat ik wel de juiste dingen tegen haar heb gezegd, maar ik begon ook een beetje te wauwelen. Ik ken dit van Hitty. En voor me stond een tweede Hitty. Ik weet dan nooit goed wat ik moet zeggen tegen mensen die ‘meer doen’ dan jij en ik.

Na afloop van de plechtigheid kwam ze naar ons toe om afscheid te nemen. We hebben haar nogmaals hartelijk bedankt. Terwijl ik haar de hand schudde moest ik mezelf tegenhouden om haar te zoenen. Dat leek me niet gepast. Op dat moment althans, want thuisgekomen bedacht ik me dat zij de afgelopen zes jaren bijna dagelijks over tante Yola had gewaakt. Voor tante was ze een familielid geworden. Voor mij ook.

Dank je wel voor het waken over tante Yola, lieve slanke blonde vrouw met de mooie ‘zachte’ ogen. Na zes jaar weet ik nog steeds je naam niet. Maar dat is niet zo erg. Ik ken je ziel. En net als ieder ander had je ‘links’ moeten zitten.

Nogmaals, bedankt voor het waken.

Copyright (C) by Ronald E. Krancher (Scribent/Anthropologist/Sociologist of Non-Western Societies) Weesp, 7 januari 2010.