De oude violist

Elke dag zagen we ze zitten voor hun huisje op Corfu. De twee oudjes. Aan haar hand werd hij elke dag naar buiten geleid; naar het bankje onder het raam. Daar liet ze hem dan in de schaduw van het huis achter, terwijl ze zelf heel druk in de weer ging met de huishoudelijke beslommeringen. Na een tijdje ging ze even naast hem zitten. Even lekker uitrusten. Gezellig. Om daarna met hernieuwde energie in de weer te gaan met het lappen van de ramen, het vegen van de straat en het wegbrengen van de vuilniszakken.

Vrouwen kunnen zich zo verschrikkelijk druk bezig houden met kloppen, vegen, zuigen, de boekhouding, koken, bedden opmaken, ramen lappen, de wasmachine vullen, strijken, tuinieren, w.c. schoonmaken, de auto aanduwen, de kinderen naar school brengen en weer ophalen, op het werk de chef op afstand houden, een protestactie organiseren, tennissen, benen scheren, tennisleraar op z’n nummer zetten, een bedrijf opzetten, beminnen, boodschappenlijstje maken, de kinderen uit bed halen, uit elkaar halen en naar bed brengen, de kinderen aan de tepel hangen, aan de fles brengen of achter het behang plakken, terwijl mannen zich prima nuttig kunnen maken met…

Ondertussen zat de oude man op het bankje voor het huis. Vanaf het balkon zagen we hem vaak zitten. Eerst tijdens ons ontbijt en ‘s avonds, na het diner, tijdens het nuttigen van de dagelijkse ‘kopstoten’. Robbert had enkele flessen jonge jenever meegenomen onder het mom van: “Een biertje zonder een ‘jonkie’ is eigenlijk maar een biertje zonder een ‘jonkie”.

De service begon trouwens al ‘s ochtends kort na ons ontwaken. Met enkele discrete klopjes op de deur vroeg Robbert met lijzige – en voor een retro-koloniaal als ik – heerlijk onderdanige stem, onze aandacht. “Kopi kopi, tuan?” We antwoordden immer vriendelijk met: “Lèkkerrrr, jongos.” Het moet gezegd; jongos’ koffie smaakte altijd voortreffelijk. De vaardigheid van het ‘zetten der koffie’ heeft hij waarschijnlijk opgedaan in zijn tijd bij Douwe Egberts. Het is ‘betoel’ een gave. Net als z’n gave om met zeer veel aandacht en geduld een heerlijke saté op tafel te zetten. Daarna gingen we ook nog ‘ns bij de buren ontbijten. Lekker gemakkelijk. Annie had de eieren al gekookt/gebakken en de tomaten op maat gesneden en Robbert zette voor ons allen een heerlijke tweede kop koffie. Genietend van het ontbijt keken we over de reling van het balkon naar de oude baas, die aan de arm van z’n vrouw naar z’n bankje werd begeleid.

Op een avond lokte prachtige muziek onze blikken over de rand van het balkon. De ramen van het huisje van onze Corfuriaanse buurtjes stonden open. Gezeten aan de eettafel bespeelde de oude baas de viool. Vol overgave. Vol passie. Die avond liet hij ons genieten van z’n talent. Het sfeervolle licht van het huisje toonde ons zijn silhouet. Annie en ik hebben nog geprobeerd om een foto van de oude baas te maken. Jammer genoeg is dat niet goed gelukt. Maar zelfs die vage onscherpe foto is voor ons voldoende om weer aan die gezellige avond terug te denken. De dames met een kumquat, de heren met een ‘kopstoot’ en op de achtergrond het vioolspel van de oude baas. Perfect!

Ron Krancher

Copyright © by Ronald E. Krancher (Scribent/Anthropologist/Sociologist of Non-Western Societies) Weesp augustus 2009.