Ze was eenentwintig jaar oud en bijzonder mooi. Janus had haar in de ‘Tiga Kuda’ (de Drie Paarden) ontmoet. De ‘Tiga Kuda’ is een discotheek in Jakarta, de hoofdstad van Indonesië. In de tijd dat wij daar uitgingen oefenden veel van de meisjes die daar rondliepen het oudste beroep ter wereld uit. Ook Vera was een hoertje. Ze was zonder twijfel één van de mooiste meisjes in de discotheek. Voordat ze Janus ontmoette bezorgde ze vooral toeristen de nacht van hun leven. Hoewel de Indonesische meisjes in de ‘Tiga Kuda’ ook knappe verschijningen waren sprong Vera er met haar bijna westerse neus en westerse jukbeenderen duidelijk uit. Vera is namelijk een Indo, een mesties. In Indonesië noemen ze een Indo ook wel eens een gado gado (gemengde groenteschotel) of een tjampoeran (gemengd/gemixed). Ze zeggen wel eens dat Indo’s qua uiterlijk het mooiste van twee culturen bezitten. Dat is heel vaak waar. Als puber overkwam het me regelmatig dat ik verliefd werd op een Indisch meisje, maar door het gevoel van incest – ontstaan doordat we iedereen, ongeacht of er een familierelatie bestond, oom en tante noemden en hun kinderen dus neef en nicht – bleef het vaak een verliefdheid op afstand. Behalve één keer.
Martha heette ze. Niet langer dan één meter zestig. Fijntjes gebouwd, met een prachtig gezichtje en een mooi slank maar toch ook rond ontwikkeld lichaam. De jongens zwermden om haar heen. Ze was heel populair. Ook bij mij. Ze had zo’n frivole manier van rondfladderen die wel je aandacht moest trekken. Ze gedroeg zich bijna hoerig. Bijna! Een pubers droom. Op een avond richtte ze haar aandacht op mij. Voor ik iets zinvols had kunnen zeggen ( misschien maar beter ook) stonden we bij de garderobe naast de toiletten te zoenen. Het was een van de weinige keren dat ik met een Indisch meisje heb gezoend. Het duurde niet eens zo lang. Misschien maar twee minuten. Toen de toiletdeur openzwaaide en Debby naar buiten stapte was het voorbij. Met Debby had ik toen verkering. Ook Debby was een heel mooi meisje, maar als Hollandse niet zo ragfijn gebouwd als Martha. Debby keek ons tijdens het langslopen aan en liep naar binnen. Ik volgde een minuut later. Ze zat aan een tafeltje en keek naar de dansende mensen. Ik ging aan de bar staan en voelde me verschrikkelijk rot. Debby was heel lief en ik wist dat ze gek op me was. Mijn verliefdheid op Martha was op slag een stuk minder. Vooral toen ik die blik in Debby’s ogen zag. Ik wist toen het antwoord op die blik niet. Nu wel. Het is eigenlijk een heel lullig antwoord, namelijk: “Pubers doen die dingen nu eenmaal.”
Debby liet zich nog wel door me naar huis brengen. Dat had ik aan haar ouders beloofd. Bij de deur gaf ze me zelfs een zoen. Op m’n wang. Heel zacht. Ze werd niet veel later door een Hollandse jongen versierd en ze is uiteindelijk ook bij hem gebleven. Een goeie jongen. Mankeert niets aan. Soms zie ik haar bij de supermarkt. Steevast als ze me ziet geeft ze me dan een knipoog. Martha deed alsof er niets was gebeurd en fladderde verder. Van jongen naar jongen. Precies datgene dat ze altijd al had gedaan. Ik voelde me niet door haar gebruikt. Ik voelde me zelfs vereerd. Zoenen met Martha, wie wilde dat niet. Pakweg twee maanden later verkaste Martha haar terrein. Een andere kroeg; andere mannen.
Vera had dezelfde uitwerking op me als Martha. Ze was grover gebouwd, maar had wel eenzelfde uitstraling. Ik ontmoette haar in Jakarta, in Hostel Kalimantan, het low-budget-hotel waar we sliepen. Janus is de eigenaar van het hotel. Niet dat hij er ook maar iets uitvoerde hoor, daar had hij zijn neef Uhong voor. Een jongen vertelde me waar Janus Vera had ontmoet. In de ‘Tiga Kuda’, tijdens een avondje stappen. Zo gauw ik de kans kreeg ging ik met een paar Indonesische jongens stappen en zo kwamen we natuurlijk ook een keer terecht in de ‘Tiga Kuda’. Maar geen van de meisjes had de trekken en uitstraling als Vera. Ze waren wel mooi, maar… Vera had stijl. Waar ze zich bewoog werd ze met respect behandeld. Behalve door Janus. Janus behandelde haar als een hoer. De verdeling was duidelijk: “ik heb het geld en jij wilt daar wat van meepikken, dus moet je daar ook wat voor doen.” Ongeacht de tijd van de dag werd Vera door Janus de slaapkamer in getroond. Zijn slaapkamer lag aan de centrale hal van het hotelletje. Niet te missen dus. Het irriteerde me. Gaf ik haar daarom meer aandacht dan eigenlijk was toegestaan? Het moest hem wel zijn opgevallen. Janus gedroeg zich naar mij toe koeler en koeler. We hebben nooit iets met elkaar gehad, Vera en ik. Het bleef bij dat beetje meer aandacht. Ik heb dat ook met de hoertjes in Weesp gehad, die aan het eind van de avond nog even een laatste borrel kwamen drinken. Ik vond ze boeiend en lief. Vooral lief. Na een leuk uurtje praten en borrelen klonk het bij het afscheid altijd: “Groetjes aan je vrouw.”
Zes jaar later sliepen we in hetzelfde hotel. De meeste ‘vrienden’ die we daar hadden gemaakt waren er nog. Vaak randfiguren. Janus was ondertussen een nog geroutineerder alcoholist geworden. Hij hield z’n vriendengroep bij elkaar door middel van het uitdelen van drank. Vera was er niet meer. Ze heeft een paar straten verderop een discotheek geopend. Van het bij Janus verdiende geld? Nu deelt zij de lakens uit. De hoeren die er rondlopen werken nu voor haar. Ze heeft in die buurt ook veel macht gekregen. Nog steeds is ze een buitengewoon mooie vrouw. Hitty en ik zochten haar op in de discotheek en werden heel hartelijk ontvangen. Nog steeds voel ik datzelfde vage gevoel van verliefdheid. Eenzelfde vage verliefdheid die ik ook ooit voor Martha voelde. Maar… het incestgevoel blijft sterk.
Ron Krancher
Copyright © by Ronald E. Krancher (Scribent/Writer/Anthropologist/Sociologist of Non-Western Societies) Weesp 2002.