Marble Canyon

Meteen al de eerste keer dat we Marble Canyon bezochten werden we verliefd op de prachtige kleuren van het zand en de rotsformaties. Voeg daarbij de bijna tastbare mystieke sfeer die heerst in dat prachtige stukje land van de Navajo en je begrijpt wat een diepe indruk het gebied die eerste keer op ons maakte. Dat doet het trouwens nog steeds. Iedere keer dat we er zijn genieten we weer optimaal van alles wat de kloof ons biedt en slaan we de verkregen energie op om die te gebruiken op de momenten dat we het hard nodig hebben.

 

Het land van de Navajo, met haar adelaars, condors en poema’s, inspireerde me onder andere tot het schrijven van ‘Scott’s Lacey’, mijn eerste roman, en nog steeds krijg ik veel energie en nieuwe inspiratie wanneer we door de canyon dwalen en pauzeren bij de corral en ‘Chief’s hut’.

 

 

Tijdens die pauzes scannen we de omgeving in de hoop een glimp op te vangen van een poema. Echter, de vraag is of dat ooit nog zal gebeuren. De ontmoeting met de poema in Madeira Canyon en de keer dat er een overstak bij de farms boven Benson, zijn al meer momenten dan waar we ooit op durfden hopen. Zelfs rangers krijgen deze dieren zelden tot nooit te zien, dus nog meer ontmoetingen dan de twee die wij al mochten hebben zal er voor ons waarschijnlijk niet inzitten. Maar je weet het nooit, want de vele sporen wijzen nog steeds op hun aanwezigheid.

Wat ook altijd weer mooi is zijn de adelaars die ons, zo lijkt het, als oude bekenden even komen begroeten. Prachtig! Majestueus zwevend op de thermiek lijken ze ons op onze tocht door de canyon te begeleiden. Ze wonen er trouwens niet meer alleen. Volgens de rangers is er een nieuwe bewoner. Het schijnt dat ergens in de canyon een jonge condor zijn plekje heeft gevonden. We hebben hem nog niet gezien, maar zijn er bijna zeker van dat bij ons volgende bezoek aan deze magische plek ook de condor zijn rondjes boven Chief’s hut zal zweven.

Ron Krancher