Java

De krankzinnige kapper

Mijn haar werd alweer te lang. De laatste keer dat ik naar de tukan rambut (de kapper) ging, was in Jakarta. Hitty en Nanny wisten me toen over te halen om eindelijk mijn haar eens te laten fatsoeneren. Aan de overkant bij Nanny is een kleine kapsalon. Daar kon ik voor tienduizend roepia mijn haar laten knippen. Het moet gezegd; de mevrouw die toen mijn haar knipte deed dat snel en kundig. Het was wel een stuk korter dan dat ik gewend was, maar het resultaat van haar arbeid beviel me. Nu, een maand later, was mijn haar weer toe aan...

Continue reading...

Sultan Agung

Links liggen de sultans van Solo (Surakarta). Rechts die van Yogyakarta. In het midden liggen de koningen van Mataram. Op de top ligt sultan Agung. Hij ligt in een ruimte van ongeveer vier bij vijf meter. In het midden van de door kaarsen schaars verlichte ruimte staat zijn zwarte kist. Twintig kilometer ten zuiden van Yogyakarta ligt de koninklijke begraafplaats Imogiri. Bij de ingang werd mij verzocht om m’n westerse kledij om te wisselen voor de traditioneel Javaanse dracht. Achter een houten schot hielp een oude ‘wachter’ mij bij het omkleden. De vrouwen kregen een sarong panjang om ( een wikkeldoek tot...

Continue reading...

Toekang Pidjit

De laatste keer dat ik in Jakarta op de massagetafel lag stond me nog goed bij. Dat trauma was nog steeds niet verwerkt. De masseur werd me toen veel te intiem. Maar toch liet ik me nu door Nanny en Hitty overhalen om het nog een keer te proberen. “Je knapt er werkelijk van op,” zei Nan. “Nou, voor deze keer dan. En waarschijnlijk ook voor de laatste keer,” antwoordde ik haar. “Siyatsu?” fluisterde ze bij m’n oor. Ik had geen idee waarover ze het had en ik heb ook geen idee hoe ik het moet schrijven. “Yah,” fluisterde ik in het...

Continue reading...

The Big Doerian

Uit het raampje van het vliegtuig kijkend zag ik beneden me de stad Jakarta liggen. In al z’n chaos. We draaiden al een tijdje rondjes boven de stad. We mochten van de verkeersleiding nog niet landen en zaten net als de andere vliegtuigen in een parkeerbaan. Waarom? Macet! File! Selamat Datang di Jakarta. Welkom in Jakarta oftewel ‘The Big Doerian’. Voor degenen die niet weten wat een doerian is: Het is een heerlijke vrucht (schijnt het, want ik heb nooit het lef gehad om ervan te proeven) die ongelooflijk stinkt. En neem van mij aan dat die bijnaam voor Jakarta...

Continue reading...

Iwineren

Hij had een mager, spits kopje op een veel te dun nekje en was klein van stuk. Kleiner dan de gemiddelde Indonesiër. Een klein mannetje met schichtige ogen, met op z’n rechter wang een dikke wrat. Er stak een haar uit. Eén haar. Eén lange zwarte haar. Door de anderen werd hij duidelijk niet voor vol aangezien. De anderen zijn z’n zogenaamde vrienden, de andere randfiguren die eind jaren tachtig dagelijks in Hostel Borneo rondhingen. Kleine dealers, pooiers en toeristenjagers, op zoek naar een snel verdiende dollar.  Iwin konden we niet plaatsen. Hij paste in geen van de profielen. Hij was slechts...

Continue reading...